Het nationaal register voor gerechtsdeskundigen: quid voor de syndicus ?

De wet van 10 april 2014 (B.S. 1 december 2016) bepaalde de oprichting van 2 nieuwe Belgische nationale registers, zijnde één voor gerechtsdeskundigen en één voor beëdigde vertalers, tolken en vertaler-tolken. Bij wet van 5 mei 2019 werden deze samengevoegd tot één register.

De wet is belangrijk omdat ze de titels van gerechtsdeskundige en beëdigd vertaler-tolk invoert. Bovendien zullen de magistraten en politiediensten op termijn enkel nog beroep mogen doen op deskundigen en vertalerstolken ingeschreven in dit nationaal register. Deze nationale registers hebben een dubbele doelstelling, met name een kwaliteitsgarantie van de professionele vaardigheden van de gerechtsdeskundigen en beëdigde vertalers, tolken en vertalers/ tolken en transparantie aangaande wie inzetbaar is.

In afwachting van de definitieve inschrijving werd een voorlopige inschrijving mogelijk gemaakt. Het voorlopig register heeft als groot voordeel dat op korte tijd een inventaris wordt opgemaakt van alle deskundigen en vertalers-tolken die actief zijn op datum van de inwerkingtreding van de wet. Zij kunnen inschrijven via een applicatie van e-Deposit. Na het aanmaken van een profiel als deskundige of vertaler of tolk (de twee laatste hebben een apart profiel), kunnen zij zich inschrijven in het voorlopig register. Hiervoor volstaat een CV, een foto en het bewijs van vroegere aanstellingen. Voor meer informatie kan men terecht op de website van de FOD Justitie.

Het voorlopig register is toegankelijk voor de gebruikers (magistraten, politiediensten en andere overheden) de leden van de rechterlijke orde. Het zal op korte termijn beschikbaar zijn voor de andere overheden en later en voor het grote publiek, zodra er voldoende deskundigen en vertalers-tolken zijn ingeschreven.

Sinds de inwerkingtreding van de wet van 10 april 2014, gewijzigd bij de wet van 19 april 2017 en de wet van 5 mei 2019, geldt voor de gerechtsdeskundigen en de beëdigd vertalers, tolken en vertalerstolken een opnameverplichting op grond waarvan uitsluitend de personen die zijn opgenomen in dit register voortaan:

  • de titel van gerechtsdeskundige of van beëdigd vertaler/tolk mogen voeren;
  • kunnen worden aangesteld door de gerechtelijke overheden (behoudens wettelijke uitzonderingen).

Tot 30 november 2021 zijn er 2 types van opname:

1. Een voorlopige opname

De voorlopige opname biedt de personen die al vóór 1 december 2016 actief waren als gerechtsdeskundige of beëdigd vertaler, tolk of vertaler-tolk de mogelijkheid om hun activiteit voort te zetten en daarbij de nodige stappen te ondernemen voor hun definitieve opname.

Sinds de wet van 5 mei 2019 is ook een voorlopige opname mogelijk voor wie aan de bekwaamheidsvoorwaarden voldoet maar nog geen juridische opleiding heeft gevolgd. Deze opname zal slechts geldig zijn tot 30 november 2021. Na die datum zullen alle personen die willen blijven werken als gerechtsdeskundige of beëdigd vertaler en/of tolk een ‘definitieve’ opname in het register moeten hebben aangevraagd. (zieovergangsbepalingen)

2. Een ‘definitieve’ opname

Wij spreken over een ‘definitieve’ opname wanneer de minister van Justitie, op grond van het advies van de aanvaardingscommissie, een positieve beslissing inzake opname heeft genomen, in de vorm van een ministerieel besluit. Deze opname zal geldig zijn voor een periode van 6 jaar te rekenen vanaf de beslissing van de minister van Justitie.

Voor een ‘definitieve’ opname in het nationaal register moeten de kandidaten hebben aangetoond dat zij voldoen aan alle wettelijk vereiste opnamevoorwaarden, met inbegrip van het getuigschrift juridische kennis. Hun dossier moet ook onderzocht zijn door de aanvaardingscommissie.

In een beperkt aantal uitzonderlijke gevallen – urgentie, bij gebrek aan deskundigen of vertalers, tolken met de juiste specialisatie in het nationaal register of wanneer de specialisatie niet is voorzien in het nationaal register – kan Justitie iemand aanstellen die niet opgenomen is in het nationaal register.

Het nationaal register is ingedeeld in 22 domeinen. Deze zijn op hun beurt ingedeeld in specialisaties. De functie van syndicus is opgenomen onder het domein onroerend goed en de specialisatie vastgoedbeheer.

Validatieprocedure van de aanvragen tot ‘definitieve’ opname

De aanvragen tot opname in het openbaar register worden voorgelegd aan het advies van een aanvaardingscommissie. Er zal voorafgaandelijk een moraliteitsonderzoek worden aangevraagd bij de bevoegde gerechtelijke overheid.

De aanvaardingscommissie moet aan de minister van Justitie een advies over de aanvraag tot opname uitbrengen op basis van de analyse van de kennis en de vakbekwaamheid die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de opdracht als gerechtsdeskundige of beëdigd vertaler/tolk alsook op grond van de deontologische regels die gelden in het kader van die rol.

Zodra de opname is gevalideerd, worden de kandidaten verzocht de eed af te leggen. Na de eedaflegging, ontvangen de gerechtsdeskundigen een (nieuwe) legitimatiekaart.

Titelbescherming laat nog te wensen over

De opname van wetsartikelen over beëdigd gerechtsdeskundigen in het Gerechtelijk Wetboek is onmiskenbaar een grote stap voor de erkenning van het beroep. Toch laat de titelbescherming van gerechtsdeskundigen nog te wensen over. De titels van gerechtsdeskundige zijn immers strafrechtelijk niet beschermd. Noch het Gerechtelijk Wetboek, noch de wet van 10 april 2014, zoals gewijzigd, voorzien een sanctie op het aannemen van voornoemde titels. Het aannemen van de titel van beëdigd gerechtsdeskundige blijkt evenmin strafbaar als een aanmatiging van ambt of titel.

Het valt te betreuren dat men in de wetgeving geen sanctie heeft voorzien voor het aannemen van de titel van gerechtsdeskundige. Wie zich niet in het nationaal register laat opnemen, kan immers ook niet worden afgeschrikt met een schorsing of schrapping of uit dat register. Dit zet de deur open voor misbruiken. Ter vergelijking: wie zich in Duitsland uitgeeft voor ‘algemeen beëdigd gerechtstolk’ zonder daartoe bevoegd te zijn, stelt er zich bloot aan een administratieve boete tot 3.000 euro.

Uit de antwoorden van minister Koen Geens op een recente parlementaire vraag van volksvertegenwoordiger Stefaan Van Hecke blijkt dat enkele noodzakelijke uitvoeringsbesluiten bij de wetgeving nog in volle voorbereiding zijn.

INFO

Mevr. Dominique Krickovic
Directrice UVS - Unie van Syndici
In samenwerking met Dhr Toon Lysens
Erevoorzitter rechtbank van koophandel Tongeren

Onze blogs

DELEN


 



Trend voor 2020 en de toekomst: klein (samen)wonen